Artikel 66 en 67 Sw. bepalen welke handelingen gesteld moet worden om aanzien te worden als medeplichtige en welke handelingen volstaan om als mededader vervolgd te worden. Aan de hand van relevante cassatiearresten wordt uiteengezet hoe de verschillende elementen geïnterpreteerd moeten worden. De verdediging kan zich bijvoorbeeld toespitsen op een gebrek in het moreel element. Eveneens kan getracht worden een vervolging als mededader om te zetten naar medeplichtige door het verschil tussen nuttige en noodzakelijke hulp die werd geboden.